Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Een [1]onderwijzing, [2]voor Asaf. O God! waarom verstoot Gij in [3]eeuwigheid? [Waarom] zou Uw [4]toorn roken tegen de [5]schapen Uwer weide? 1. Zie hfdst.32 vs.1. 2. Of, Asafs, hetwelk men kan verstaan van Asaf zelf, of zijne nakomelingen. Zie hfdst.50 vs.1. Sommigen menen dat Asaf zelf door den profetischen Geest deze psalm gemaakt heeft van toekomende tijden, om gebruikt te worden als deze zwarigheden Gods volk zouden overkomen. 3. Of, voor altoos, ganselijk, ten enenmale. Zie van het Hebr. woord hfdst.13 vs.2. 4. Of, uw neus. Verg. 2 Sam.22:16. Anders, is rokende toorn zoveel als brandende toorn, gelijk Gods toorn dikwijls bij vuur vergeleken wordt, waarvan de rook opgaat. Zie Deut.29:20; hfdst.80 vs.5. 5. Zie hfdst.100 vs.3.